Mark van Baal
Greenpeace gaat in Noord-Duitsland overtollige windelektriciteit omzetten in waterstofgas, dat Gasunie gaat inspuiten in het Duitse aardgasnet. Door windelektriciteit om te zetten in waterstofgas en te injecteren in het aardgasnet, ontstaat een duurzaam geproduceerde energiedrager die – in tegenstelling tot elektriciteit – wel makkelijk in grote hoeveelheden is op te slaan.
Greenpeace Energy, de Duitse energieleveringstak van de milieuorganisatie, gaat in Noord-Duitsland overtollige elektriciteit uit een windpark gebruiken om water met elektrolyse om te zetten in waterstof: ‘power to gas’. De installatie zal met 1 MW vermogen en met een rendement van ongeveer zeventig procent tweehonderd kuub gas per uur kunnen produceren.
De keuze tussen een alkaline (kaliumhydroxide als elektrolyt) of een PEM (Proton Exchange Membrane) brandstofcel moet Greenpeace nog maken, zegt dr. Philip von Bergmann-Korn, woordvoerder van Gasunie Duitsland. ‘De investering in elektrolyse-apparatuur is naar verwachting anderhalf miljoen euro, de verbinding met de gaspijp inclusief compressor en meetstation verscheidene miljoenen euro’s’, rekent Bergmann-Korn voor. De herziene Duitse Energiewet behandelt dit waterstofgas als groen gas, waardoor de investeringen worden gesubsidieerd.
Gasunie, dat naast het Nederlandse ook het Noord-Duitse aardagsnet bezit, injecteert het waterstofgas in het aardgasnet. ‘Deze infrastructuur is ontworpen voor methaanrijk gas’, zegt BergmannÂ-Korn. ‘Maar de injectie van waterstofgas in kleine hoeveelheden zal geen invloed hebben op de infrastuctuur. Gasunie gaat onderzoeken wat de invloed van waterstofgas is op de meetapparatuur en de materialen in het aardgasnetwerk.’ Het gasinfrastructuurbedrijf zal zorgen dat de concentraties waterstofgas in het aardgasnetwerk laag blijven en dat het aardgas binnen de door de Duitse overheid gestelde specificaties blijft. ‘We voorzien geen gevolgen voor huishoudelijke apparatuur.’
