Nieuws
0

'Grootsche gevolgen'

Erwin Boutsma

Hoofdredacteur Erwin Boutsma blikt terug op 1000 TW’s en een column van zijn voorganger in 1928. ‘De Techniek is zich nog steeds aan het ontplooien. Dat is niet steeds zoo geweest en zal waarschijnlijk niet altijd zoo blijven.’

Deze zin is afkomstig uit de column van hoofdredacteur ir. G.P. Nijhoff van het Polytechnisch Weekblad van 5 januari 1924. Het is de oudste editie van een voorloper van TW die in ons archief te vinden is. De gehele column leest als een vermakelijk kijkje terug naar een tijd waarin de respectabele heer Nijhoff voorzag dat er een moment zou komen dat de techniek zich niet meer zou ontwikkelen.

De werkelijkheid is anders gebleken. Al duizend TW’s lang berichten we over innovaties en om nu over de eindigheid daarvan te speculeren, is bijna potsierlijk. Maar je mag de geschiedenis én mijn voorganger natuurlijk niet beoordelen vanuit het perspectief van vandaag, al gunnen we onszelf dat plezier toch een beetje in deze duizendste editie.

De huidige tijd is voor ons als onderdeel van de traditionele media als ‘uitdagend’ te kwalificeren. Het abonneebestand dat betaalt voor onze geprinte editie vergrijst en ons digitale abonnement trekt vooral jongeren, iets waar vrijwel alle traditionele media mee worstelen. Een van de grootste kranten terwereld, The New York Times, heeft meer abonnees dan ooit, waarvan de helft digitaal, maar lijdt daar verlies op.

Je hoeft geen bètawetenschapper te zijn om te voorspellen dat deze grafiek uiteindelijk leidt tot het einde van geprint nieuws, waaronder TW. We hebben een online editie waar we trots op zijn, maar de inkomsten daar – advertenties en abonnementen – liggen net als bij The New York Times op een beduidend lager niveau.

Tegelijkertijd constateer ik dat de bereidheid onder consumenten om te betalen voor kwaliteitsjournalistiek afneemt. Jongeren halen hun dagelijks nieuws en de duiding daarvan ‘gratis’ uit online media, of zelfs helemaal niet meer. Content moet vooral amuseren en van dat type content is er genoeg. Slimme algoritmes schotelen consumenten bovendien alleen datgene voor wat ze interessant vinden, wat tot een zorgwekkende verschraling van kennis leidt.

Ik plaatste ‘gratis’ in de vorige alinea niet voor niets tussen aanhalingstekens. Gratis kwaliteit bestaat niet in de journalistiek. Kwaliteit betekent dat een integere journalist, niet gehinderd door tijdsdruk en commerciële belangen, zorgvuldig zijn werk kan doen. In de snelle, oververzadigde online wereld is er áltijd tijdsdruk en zijn er áltijd commerciële belangen.

Als je netjes aangeeft dat een advertreerder of andere belanghebbende invloed heeft gehad op de inhoud, zoals kwaliteitsmedia – waar ik heel onbescheiden TW ook onder schaar – meestal doen, hoeft dat niet erg te zijn en kan dat zelfs voor beide partijen voordelen bieden (de mogelijkheden en missers staan mooi beschreven in Ebele Wybenga’s boekje The Editorial Age). Maar veel onder jongeren populaire media hanteren geen enkele scheiding. En uit onderzoek blijkt dat veel jongeren die scheiding ook helemaal niet zo belangrijk vinden. Het is een trend die me grote zorgen baart.

Deze zorgen had mijn voorganger in 1928 niet. Hij mocht mijmeren over de schoonheid van technologische ontwikkeling. En hij zat er weliswaar naast wat betreft de eindigheid van die ontwikkeling, hij had ook een nog verrassend actueel gebleven inzicht: ‘Er mag worden aangenomen, dat in de volgende jaren het “steeds sneller!” en het “steeds zuiniger!” systematisch op élk gebied der Techniek steeds scherper tot uiting zullen komen met alle nevenverschijnselen en grootsche gevolgen, die daaraan verbonden zijn.’

Technologische ontwikkeling heeft ‘grootsche gevolgen’. Dat was in 1928 zo en is in 2016 niet anders. Het is aan ingenieurs én kwaliteitsmedia als TW om dat aan het publiek duidelijk te blijven maken. Opdat we relevant blijven. 

Meer relevante berichten

Je moet inloggen om een reactie te kunnen plaatsen.

Nieuwsbrief

Relevante berichten
×